Voor de opslag van schoon en vuil water worden er diverse silo’s (bestaande uit prefab stalen golfplaten) gebouwd. Deze kunnen zowel binnen als buiten opgesteld staan en variëren in hoogte van 1 tot 5 m. Afhankelijk van de afmeting en het type ondergrond wordt deze al of niet op een fundering geplaatst.
Wanneer de opslagtank binnen gemonteerd wordt, waarbij de natuurlijke ventilatie beperkt is, dit kan leiden tot:
- DME (Diesel Motor Emissie) in gesloten ruimte.
Dus moet er zeker gesteld worden dat er voldoende ventilatie is door het openen van ramen of deuren.
Aangezien tijdens de aanleg van de koudwateropslagtank met (groot) materieel wordt rondgereden, moet:
- Voor aanvang van de werkzaamheden duidelijke afstemming en communicatie plaatsvinden tussen bedieners van materieel en monteurs over de uit te voeren weerkzaamheden.
- Ieder die zich op de locatie begeeft de volgende PBM dragen: Signaalkleding (bij voorkeur oranje) ten behoeve van het bovenlichaam, en veiligheidsschoenen (type S3).
Zorg ervoor dat van de te gebruiken PVC lijm het betreffende Veiligheids Informatieblad (VIB) of werkplekinformatiekaart beschikbaar is voor de medewerkers. Zorg daarnaast voor de aanwezigheid van een oogspoelfles en het gebruik van veiligheidsbril en nitrilrubber handschoenen.
Stappen bij het bouwen van de koudwateropslagtank
1. Aanvoeren materiaal
Alle materialen voor de bouw van de koudwateropslagtank worden door de aannemer aangeleverd.
De materialen worden gelost op de daarvoor ingerichte losplaats.
Vanaf de materiaalopslagplaats worden de materialen prefab plaatmateriaal en zeil geladen en middels trekker met hefinrichting en/of materiaaltransportwagen naar de montagelocatie gereden.
2. Uitgraven bodem van de silo
Met behulp van een graafmachine wordt de ronding van de silo uitgegraven en wordt de bodem geëgaliseerd.
3. Monteren prefab wanden
In de uitgegraven ronding worden de prefab stalengolfplaten gemonteerd en aan elkaar vastgemaakt m.b.v. een accuschroeftol. Bij monteren op hoogte wordt gebruik gemaakt van een hoogwerker, als dit niet mogelijk is wordt bij kortdurende werkzaamheden gebruik gemaakt van een ladder of trap.
4. Aanbrengen Silo bekleding (PVC / EPDM of FPP)
Als alle platen gemonteerd zijn wordt het zeil in de silo gemonteerd, hiertoe wordt aan de binnenzijde van de tank een ladder geplaatst.
Wanneer werkzaamheden aan de binnenzijde van de opslagtank worden uitgevoerd, wordt er voor gezorgd dat er altijd een collega aan de buitenzijde aanwezig is, die in geval van calamiteiten hulp kan inroepen.
Het zeil wordt door middel van een elektronische lastechniek (PE) aan elkaar gesmolten of met lijm (PVC) aan elkaar geplakt, hierbij dient gezorgd te worden voor voldoende ventilatie.
5. Monteren leidingwerk
Bij monteren op hoogte wordt gebruik gemaakt van een hoogwerker, als dit niet mogelijk is wordt bij kortdurende werkzaamheden gebruik gemaakt van een ladder of trap.
Leidingen zijn van PE of PVC en worden middels lijmen (PVC), spiegellassen (PE) of knelkoppelingen (alleen bovengronds) aan elkaar gezet.
Leidingen worden op maat gezaagd met een reciprozaag.
Bij spiegellassen worden de twee aan elkaar te verbinden PE leidingen tegen een elektrisch verwarmde plaat (spiegel) gedrukt. Zodra de helften voldoende gesmolten zijn, wordt de spiegel verwijderd en worden de twee delen tegen elkaar gedrukt.
Als het zeil gemonteerd is en de leidingen zijn aangesloten wordt de silo beproefd op lekdichtheid door de silo vol water te zetten.
De volgende werkvoorschriften zijn van toepassing
Veilig werken in besloten ruimten
- Blootstelling (extreme) warmte
- Blootstelling atmosfeer < 19% zuurstof
- Blootstelling gevaarlijke (vloei-)stoffen
- Blootstelling gevaarlijke gassen en dampen > grenswaarde
- Blootstelling lawaai > 80 dB(A)
- Elektrocutiegevaar bij kortsluiting in elektrisch gereedschap
- Fysieke belasting Werkhouding
- Letsel knellen of pletten
- Letsel Stoten hoofd
- Letsel Struikelen
- Omgeving Brandgevaar
- Omgeving Explosiegevaar
Veilig werken op hoogte algemeen
- Omgeving wind (bij werken op hoogte)
- Vallen bij werken bij wand en vloeropeningen
- Vallen bij werken in een hoogwerker inclusief buisrailwagen en monorailwagen
- Vallen bij werken langs de dakrand
- Vallen bij werken met ladders en trappen
- Vallen bij werken nabij putten en sleuven
- Vallen bij werken op een rolsteiger
- Vallen bij werken op een steiger