Overeenkomstig de arbeidshygiënische strategie, gelden de volgende beheersmaatregelen:
Gevaren moeten altijd bij de bron worden aangepakt (niveau 1). Pas als dat niet mogelijk of niet voldoende is, worden aanvullende maatregelen genomen gericht op collectieve bescherming, technische maatregelen (niveau 2) en organisatorische maatregelen (niveau 3). Als dat nog steeds niet voldoende bescherming biedt, volgen maatregelen gericht op individuele bescherming (niveau 4) met als laatste stap het verstrekken van doeltreffende en passende persoonlijke beschermingsmiddelen.
Aan wettelijke verplichtingen aangegeven met moet altijd worden voldaan.
- Ga niet onder delen staan die kunnen vallen.
- Voer geen werkzaamheden uit op de plaats waarboven andere werkzaamheden uitgevoerd worden.
- Zet de werkplek waar voorwerpen kunnen vallen af met af (geel/zwart of rood/wit).
- Wanneer materialen van een oger gelegen vloer kunnen vallen, moet deze (werk-)vloer voorzien zijn van een zogenaamde schoprand.
- Uitsluitend hijsen met gekeurde hijsmiddelen die geschikt zijn voor de te hijsen last.
- Op de juiste wijze aanslaan van de last.
- Rekening houden met de belasting van hijsbanden en kettingen door een spreidhoek van niet meer dan 120°.
Bij het hijsen afstemmen van de communicatie tussen seingever en machinist, conform de standaard hand en armseinen:
Algemene gebaren | ||
---|---|---|
Betekenis | Beschrijving | Illustratie |
BEGIN Pas op! Begin van commando |
Beide armen zijn horizontaal gestrekt met de handpalmen naar boven | |
STOP Onderbreking Einde van de beweging |
De rechterhand is opgeheven en de rechterhandpalm naar voren gehouden | |
EINDE Einde van de werkzaamheden |
Beide handen zijn ter hoogte van de borst samengevoegd |
Verticale bewegingen | ||
---|---|---|
Betekenis | Beschrijving | Illustratie |
HIJSEN |
Met de opgeheven rechterarm en naar voren gebrachte rechterhandpalm wordt traag een cirkelbeweging gemaakt | |
VIEREN | Met de naar beneden gerichte rechterarm en naar binnen gehouden rechterhandpalm wordt traag een cirkelbeweging gemaakt | |
VERTICALE AFSTAND | De afstand wordt met de handen aangegeven |
Horizontale bewegingen | ||
---|---|---|
Betekenis | Beschrijving | Illustratie |
VOORUIT |
Beide armen worden gebogen, palmen worden naar binnen gehouden en met de voorarmen worden trage bewegingen naar het lichaam toe gemaakt | |
ACHTERUIT | Beide armen worden gebogen, beide handpalmen worden naar buiten gehouden, met de voorarmen worden trage beweging van het lichaam af gemaakt | |
NAAR RECHTS ten opzichte van de signaalgever |
Met de ongeveer horizontaal gestrekte rechterarm en de naar beneden gehouden rechterhandpalm worden trage, richting aanwijzende bewegingen gemaakt | |
NAAR LINKS ten opzichte van de signaalgever |
Met de ongeveer horizontaal gestrekte linkerarm en de naar beneden gehouden linkerhandpalm worden trage richtingaanwijzende bewegingen gemaakt | |
HORIZONTALE AFSTAND | De afstand wordt met de handen aangegeven |
Gevaar | ||
---|---|---|
Betekenis | Beschrijving | Illustratie |
GEVAAR |
Beide handen opgeheven, handpalmen naar voren | |
SNELLE BEWEGING | De gecodeerde, bevelende gebaren ter aangeving van de beweging worden zeer snel uitgevoerd | |
TRAGE BEWEGING | De gecodeerde, bevelende gebaren ter aangeving van de bewegingen worden zeer langzaam uitgevoerd |
Indien de mondelinge mededeling wordt gebruikt in plaats van of ter aanvulling van hand- of armseinen en er geen codes worden gebruikt, worden met name de volgende woorden gebruikt:
START: om het begin van een commando aan te duiden.
STOP: om een beweging te onderbreken of te beëindigen.
EINDE: om de werkzaamheden stop te zetten.
HIJSEN: om een last te doen hijsen.
VIEREN: om een last te doen vieren.
VOORUIT, ACHTERUIT, LINKS, RECHTS in combinatie met het juiste hand- of armsein: om een beweging in een bepaalde richting te doen plaatsvinden.
GEVAAR: om een noodstop af te dwingen.
SNEL: om een beweging te versnellen.
- Zorg dat op de bouwplaats een bouwhelm gedragen wordt om het hoofd te beschermen.
Wanner er kans bestaat om getroffen te worden door vallende voorwerpen, worden de volgende persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt:
- Veiligheidshelm
- Veiligheidsschoenen (type S3)
De werkgever informeert de werknemers over:
- De gevaren en oorzaken van vallende voorwerpen op de projectlocatie.
- Beheersmaatregelen om letsel te voorkomen.